‘Gouden Weken’: Ga voor een gouden start!

‘Gouden Weken’: Ga voor een gouden start!

-

De start van een nieuw schooljaar brengt altijd een gevoel van opwinding met zich mee, zowel voor leerlingen als voor leraren. Het is een tijd van nieuwe ontmoetingen, kansen en uitdagingen. Om deze overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen en een positieve groepsdynamiek in de klas te bevorderen, worden op steeds meer scholen de ‘Gouden Weken’ geïmplementeerd. In dit artikel zullen we bespreken wat deze ‘Gouden Weken’ inhouden en hoe ze van invloed zijn op de groepsdynamiek in de klas.

De term ‘Gouden Weken’ verwijst naar de eerste weken van het schooljaar, waarin extra aandacht wordt besteed aan het opbouwen van een veilige en positieve klassenomgeving. Gedurende deze periode ligt de focus op het creëren van verbinding, het opbouwen van wederzijds vertrouwen en het bevorderen van een gezonde groepsdynamiek. De ‘Gouden Weken’ zijn gebaseerd op het idee dat een sterke groepscohesie de basis legt voor een succesvol leerproces gedurende het hele schooljaar.

 

Veranderingen in de groepsdynamiek

Het opbouwen van een positieve groepsdynamiek is essentieel voor een goed functionerende klas. Tijdens de ‘Gouden Weken’ ondergaat de groepsdynamiek in de klas een aantal belangrijke veranderingen. Allereerst leren de leerlingen elkaar beter kennen. Met teambuildingactiviteiten, kennismakingsspelletjes en gezamenlijke projecten krijgen de leerlingen de kans om elkaars sterke punten en interesses te ontdekken. Dit leidt tot een grotere onderlinge waardering en acceptatie.

 

Daarnaast wordt tijdens de ‘Gouden Weken’ aandacht besteed aan het creëren van een veilige en respectvolle omgeving. Leraren besteden tijd aan het bespreken van de klasregels, het bevorderen van positief gedrag en het aanleren van sociale vaardigheden. Hierdoor ontstaat een klimaat waarin leerlingen zich vrij voelen om ideeën en meningen te delen, zonder angst voor afwijzing of veroordeling. Dit draagt bij aan een open communicatie en een gezonde interactie tussen de leerlingen.

Je hebt een cruciale rol in de ‘Gouden Weken’

Wist je dat schoolprofessionals een cruciale rol spelen bij het begeleiden van de groepsdynamiek in de ‘Gouden Weken’. Je besteedt o.a. tijd aan het observeren en luisteren naar de leerlingen, zodat ze eventuele conflicten of problemen vroegtijdig kunnen signaleren en aanpakken. Door een actieve rol te spelen als bemiddelaar en coach, kun je de leerlingen helpen bij het oplossen van conflicten, het ontwikkelen van empathie en het opbouwen van positieve relaties.

 

Geef je leerlingen de beste start van het nieuwe schooljaar!

Om schoolprofessionals te ondersteunen bij het implementeren van effectieve strategieën voor de ‘Gouden Weken’ en het bevorderen van een gezonde groepsdynamiek, nodigen wij je uit voor het Webinar ‘Een gouden start met je klas’. Tijdens dit Webinar zullen deskundige sprekers praktische tips en advies delen over het opbouwen van een positieve klassenomgeving, het bevorderen van wederzijds respect en het aanpakken van groepsdynamische uitdagingen.

 

Of je nu een ervaren leraar bent die zijn vaardigheden wil verfijnen of een beginnende leraar die op zoek is naar begeleiding, dit Webinar biedt waardevolle inzichten die je direct kunt toepassen in jouw klas. Samen kunnen we werken aan het creëren van een omgeving waarin leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen!

Het effect van chronische stress op de werkhouding van leerlingen

Het effect van chronische stress op de werkhouding van leerlingen

-

Jongeren leven in een tijd met veel stress. Denk aan de examentijd en eindtoetsen, maar ook aan de maatschappij die vol tekorten en onzekerheden zit (van oorlog tot prijsstijgingen tot woningnood). Chronische stress heeft een enorm effect op ons functioneren. Veel jongeren hebben mentale problemen en voelen zich onzeker over zichzelf en/of over hun toekomst. Hoe zien we dit terug in het gedrag?

De werkhouding van leerlingen wordt sterk beïnvloed door chronische stress. Het kan leiden tot verminderde concentratie, motivatie en productiviteit als jongeren voortdurend blootgesteld worden aan stressvolle situaties. Prestatiedruk op school, gecombineerd met de constante onzekerheid over de toekomst, kan een negatieve invloed hebben op het vermogen van leerlingen om zich te focussen en taken efficiënt uit te voeren.

 

Eén van de meest voorkomende gevolgen van chronische stress is een verhoogde angst. Jongeren die constant onder druk staan, kunnen gevoelens van angst en onzekerheid ontwikkelen. Hierdoor wordt het voor de jongeren moeilijk om zich te ontspannen en te concentreren op hun schoolwerk. Omdat ze overweldigd worden door angstige gedachten en gevoelens, kan het leiden tot uitstelgedrag, waarbij leerlingen taken voor zich uit blijven schuiven.

 

Daarnaast kan chronische stress ook leiden tot vermoeidheid en een verminderd energieniveau bij leerlingen. Het constante gevoel van spanning en onrust kan ervoor zorgen dat jongeren zich uitgeput voelen. Een verminderd energieniveau kan ook invloed hebben op de slaapkwaliteit, waardoor leerlingen moeite hebben met het uitgerust aan de schooldag beginnen.

 

Het is belangrijk om te erkennen dat chronische stress niet alleen een negatief effect heeft op de werkhouding van leerlingen, maar ook op hun algemene welzijn. Het kan niet alleen leiden tot een verhoogd risico op angst, maar ook op depressie en andere mentale gezondheidsproblemen. Het is daarom essentieel dat scholen en ouders aandacht besteden aan het welzijn van jongeren en hen ondersteunen bij het omgaan met stress.

Wat kun je doen?

Om de werkhouding van leerlingen te verbeteren, is het belangrijk om een ondersteunende omgeving te creëren waarin stress wordt erkend en aangepakt. Scholen kunnen bijvoorbeeld zorgen voor voldoende ontspanningsmogelijkheden en stress verlagende activiteiten. Daarnaast kunnen docenten het gesprek aangaan met leerlingen en openstaan voor hun zorgen en angsten, zodat ze zich gehoord en begrepen voelen. Door open te communiceren en een veilige omgeving te bieden waarin jongeren hun emoties kunnen uiten, kun je als school een positieve invloed hebben op de werkhouding van de leerlingen.

 

Meld je aan voor ons Webinar!

Door te zorgen voor een ondersteunende omgeving en het aanbieden van passende tools en strategieën, kan de werkhouding van leerlingen positief beïnvloed worden. In het Webinar ‘Het effect van chronische stress op de werkhouding van leerlingen’ zoomen we in op stress vanuit het neurologisch perspectief en hoe dit de executieve functies beïnvloedt. Tijdens het Webinar bespreken we hoe we de leerlingen kunnen helpen om gezonde en succesvolle leden van de maatschappij te worden. Meld jij je aan?

Hoe pesten voor een onveilige sfeer in de klas zorgt

Hoe pesten voor een onveilige sfeer in de klas zorgt

-

Een onveilige sfeer is een vruchtbare bodem voor pesten. Vanuit een neuropsychologisch perspectief gezien, kunnen we pesten bekijken als een overlevingsstrategie. Maar wat doet deze overlevingsstrategie voor de kinderen in de klas? Op woensdag 19 april 2023 organiseert de Intraverte Academie het Webinar ‘Pesten in de klas en de gevolgen daarvan’. In het Webinar zoomen we, tijdens de landelijke dag tegen het pesten, in op het belang van een veilig klimaat in de klas. Ben je erbij?

Ieder mens is afhankelijk van de omgeving waarin het zich bevindt. Vanuit ons oerinstinct weten we allemaal dat bij een groep horen veiligheid biedt. Zonder de veiligheid en de steun van een groep sta je er alleen voor. Dat is kwetsbaar. Om de plek in de groep te verstevigen, hebben we verschillende mechanismen ontwikkeld. Zo helpen we elkaar graag. Dit geeft een goed gevoel en de kans dat de ander jou ook helpt als je dat nodig hebt. Zo bouw je samen mee aan veiligheid.

 

Een andere manier om je eigen positie te versterken, is de positie van een ander te verzwakken. Dit gebeurt bijvoorbeeld door te strijden, te beschuldigen, te roddelen, uit te lachen en te pesten. Het zijn niet de mooiste kanten van de mens. Het is een automatisme dat in angst en onzekerheid gemakkelijk ons denken overneemt, want in een situatie van angst en onzekerheid zijn overlevingsmechanismen sterk. Een bewust besluit nemen om het anders aan te pakken en bijvoorbeeld niet mee te doen aan pesten, kost dan (te veel) inspanning.

 

Een veilig klimaat

Vergissen is menselijk. Ieder moment kun je opnieuw kiezen welk gedrag je wel en welk gedrag je niet wil inzetten. Pesten hoeft niet! Als je met elkaar aan een veilig klimaat bouwt, zal pesten steeds minder bodem hebben. Als je besluit om met elkaar te zorgen voor een prettig klimaat waarin iedereen zich veilig voelt en zichzelf kan zijn, dan kun je elkaar hierbij steunen.

Klas en klimaat

Is jouw klas al wat langer uit balans en heeft de groep net wat meer aandacht nodig? Dan is ‘Klas en klimaat’ hét programma waarbij je werkt aan het herstellen van de balans en het creëren van een goed klimaat in de klas. Het programma gaat o.a. over het maken van bepaalde keuzes en het effect van deze keuzes. Hoe reageert de groep er bijvoorbeeld op?

Onrust bij kleuters door overstap naar groep 3

Onrust bij kleuters door overstap naar groep 3

-

Niet alleen ouders, maar ook veel kinderen denken dat in groep 3 het ‘echte werk’ begint. Dit zorgt voor onrust bij kleuters. Maar zit het ‘echte werk’ juist niet in groep 1 en 2, waar de belangrijke basis spelenderwijs wordt gelegd? Op dinsdag 18 april 2023 organiseert de Intraverte Academie het Webinar ‘De overgang van groep 2 naar groep 3’. In het Webinar behandelen we hoe je kinderen een steuntje in de rug kunt geven tijdens het rijpingsproces en geven wij de ins- en outs voor een goede overgang tussen groep 2 en groep 3. Ben je erbij?

Soms gaat de taal wat sneller, soms de motoriek, soms zus en soms zo. In de ontwikkeling van kleuters gebeurt zoveel. Het kenmerkt zich door ‘sprongetjes’. Het spannende van deze sprongetjes is dat ze onvoorspelbaar zijn en zorgen voor onrust bij kleuters. De vraag of een kind voor groep 3 klaar is, of beter nog een poosje in groep 2 kan blijven zitten, is daarom ook een complex vraagstuk. Het zou geen moeilijke vraag hoeven te zijn als de overgang niet precies aan het begin van een nieuw schooljaar is. Het kind laat het namelijk wel duidelijk zien als de symmetrische kleuterfase achter de rug is. Dit doet het kind door bijvoorbeeld stil te zitten, op zijn beurt te wachten, zijn aandacht te richten en interesse te tonen in cijfers en letters. Het voorspellen op welk termijn dit gebeurt, is echter lastig.

 

Het proces zoals hierboven beschreven, is bij de meeste kinderen nog niet helemaal klaar als ze in groep 3 belanden. Zolang er ook nog ruimte om te spelen is en de prestatiedruk niet te groot is, geeft dat niet. Waar een grote zorg op dit moment ligt, is de algehele neuromotorische ontwikkeling van kinderen. Steeds vaker bewegen kinderen minder, spelen ze minder buiten en missen ze daardoor de impulsen om de basis voor de lesstof van groep 3 spelenderwijs eigen te maken. Als het bewegen minder wordt, heeft dit een effect op de gehele ontwikkeling. Door te bewegen, krijg je ervaring met begrippen als snel, langzaam, hard, zacht, meer, minder, voor, achter, boven, onder, links, rechts en leer je je lichaam te besturen. Door te bewegen, kun je ervoor zorgen dat de onrust bij kleuters wegebt.

Het lichaam besturen

Het besturen van je lichaam is nodig om je emoties te kunnen voelen, te beschrijven en uit te drukken. Hoe je emoties kunt besturen, heeft weer invloed op je gedrag en de keuzes die je maakt. Daarnaast is bewegen, zeker in de buitenlucht, ook gewoon heel gezond. Het is leuk en je kunt er vrienden mee maken. Bij twijfel of een kind aan groep 3 toe is, kan dat extra zetje juist zijn door wat extra te spelen in plaats van wat extra te schrijven. Spelenderwijs kun je het starten, het stoppen en het stilstaan oefenen. Denk bijvoorbeeld aan het spelletje ‘Annemaria Koekoek’, of het klapspelletje ‘Papagaaitje leef je nog?’. Door een liedje erbij te zingen, stimuleer je de taalontwikkeling van het kind ook nog eens. Dit zijn allemaal onderdelen die voorwaarde zijn om te ontspannen en te kunnen gaan schrijven.

 

Beweging is de basis!

Wil jij kleuters die in de overgang van groep 2 naar groep 3 zitten een steuntje in de rug geven? Dan is ‘Beweging is de basis!’ hét programma dat jou en jouw kleuters veel plezier gaat brengen. Het programma biedt verschillende spellen die gebruikt kunnen worden om de onrust bij kleuters af te nemen en de kinderen een impuls te geven aan de voorwaarden voor groep 3.

Door meer te bewegen, rijpt het zenuwstelsel beter en komt het leerproces beter op gang. Met ‘Beweging is de basis!’ wordt de motorische ontwikkeling en het bewegen in of buiten de klas gestimuleerd.

De overstap van PO naar VO, is groep 8 er klaar voor?

De overstap van PO naar VO, is groep 8 er klaar voor?

-

De achtste-groepers gaan bijna van school af. Hoe gaat jouw groep 8 het primair onderwijs verlaten? Zijn ze goed voorbereid om goed afscheid te nemen en de volgende fase met vertrouwen in te gaan? Op maandag 17 april 2023 organiseert de Intraverte Academie het Webinar ‘De overgang van groep 8 naar het voortgezet onderwijs’. In het Webinar lopen we een aantal punten langs en geven we suggesties hoe de komende maanden gebruikt kunnen worden om de achtste-groepers met een goed gevulde rugzak straks uit te zwaaien. Ben je erbij?

Hoe gaan we met elkaar en met elkaars vervolgkeuze om? Over het algemeen reageren we positief en bewonderend als iemand vol trots vertelt dat hij of zij (of zijn of haar dochter) een VWO-advies heeft gekregen. Hiermee bevestigen we soms indirect wel dat het VWO alleen goed is, en alles wat ‘lager’ dan HAVO is minder goed is. Als ouder, of als leerkracht, geef je dan aan dat basis/kader ook belangrijk is, maar toch hebben veel kinderen uit groep 8 hier een ander gevoel bij. De citotoetsen bouwen dan ook vaak hoge verwachtingen en bijbehorende spanning op.

 

Bij de overstap van het PO naar het VO kan het afscheid nemen met bijvoorbeeld een eindmusical, een kamp en een eindfeest ook een ding zijn. Een band die in 8 jaar gebouwd is, wordt zorgvuldig beëindigd. Het is logisch dat ieder zijn eigen pad opgaat en een nieuwe vriendenkring gaat opbouwen, maar hoe ga je elkaar ruimte geven voor deze nieuwe ontdekkingen? En wat gebeurt er met de vriendschappen van nu? Dit kan onzekerheid opleveren bij de jongens en meisjes van groep 8.

 

Overgang PO/VO sociaal emotioneel

Onzekerheden in deze fase bestaan voor een deel uit dingen die nog niet duidelijk zijn. Het gaat dan over vragen waar nog geen antwoorden op zijn, zoals ‘Vind ik wel nieuwe vrienden?’, ‘Is het niveau haalbaar?’, ‘Hoe zullen de pauzes verlopen?’ en/of ‘Zal het rooster gunstig zijn?’. Daarnaast speelt de onzekerheid over jezelf als persoon ook vaak nog een rol. ‘Zien mijn vrienden mij nog wel staan als ik als enige een lager niveau heb?’, ‘Ben ik bestand tegen groepsdruk?’ en/of ‘Wat als ik niemand heb om naast te zitten?’.

Intussen krijgen de leerlingen uit groep 8 ook nog eens te maken met de puberteit, of ze zitten er al middenin. De lichamelijke verschillen tussen jongens en meisjes zijn in deze fase erg groot. De jongens zitten misschien nog niet in de groeispurt, maar de meisjes al wel. De hormonen versterken de emoties en maken het ingewikkelder om eigen gevoelens te begrijpen. De jongens en de meisjes kunnen op een heel eigen manier bezig zijn met de overstap naar het voortgezet onderwijs. Voor iedere leerling telt dat er een serie onderwerpen zijn die aandacht nodig hebben. Geen nieuwe onderwerpen, maar wel opnieuw actuele onderwerpen.

 

Sociaal emotionele ontwikkeling en vaardigheden – Dé basis!

De ervaring leert dat het bespreken van de onzekerheden van leerlingen veel opluchting geeft, en nét dat beetje extra vertrouwen. Het programma ‘Sociaal emotionele ontwikkeling en vaardigheden – Dé basis!’ geeft een boost aan de basis voor sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen voor nu en later. Het voorziet de bouwstenen en vaardigheden die van belang zijn voor kinderen om op eigen kracht en met zelfvertrouwen uitdagingen aan te gaan. Hoe gaan jouw leerlingen om met spannende situaties?

Een vol hoofd? Maak plezier en speel buiten!

Een vol hoofd? Maak plezier en speel buiten!

-

Kinderen kunnen goed in beelden praten. “Ik heb een vol hoofd” geeft direct een beeld wat we allemaal snappen. Als iets vol is, dan kan er niets meer bij. Er moet eerst iets uit of er is even verwerkingstijd nodig. Om het hoofd leeg te maken, hebben kinderen soms hulp nodig. Hulp van ouders, maar ook van de leerkrachten op school. Hoe kun je het kind helpen om een vol hoofd leeg te maken? We vertellen je het in dit artikel.

Het zenuwstelsel is continu bezig met prikkels waarnemen, opslaan, verwerken en een passende reactie geven. Heel veel daarvan gaat onbewust, en een relatief klein deel nemen we bewust waar. Hierin heb je verschillende profielen of stijlen. Sommigen denken heel lang na over hoe iets is gegaan of over hoe iets zou kunnen gaan. Terwijl anderen leren door meermaals te proberen en ervoor kiezen om dingen op gevoel te doen. Naast dat heeft de mensheid een verschillende sensibiliteit en een verschillende verwerkingssnelheid. Dezelfde prikkel kan bij bij de één dieper of intenser waargenomen worden dan bij de ander.

 

Een vol hoofd heeft invloed op het gedrag

Voor iedereen geldt dat wanneer er rust in het hoofd is, de wereld er veel anders uitziet. Bij een vol hoofd worden onze waarnemingen geblurd door alles wat er al in ons hoofd zit. Bij een vol hoofd ervaren we onrust en weinig ruimte om nieuwe informatie op te nemen, en echt te luisteren naar wat de ander eigenlijk zegt. Een vol hoofd heeft dus ook invloed op ons gedrag: we zijn meer prikkelbaar en trekken ons juist terug. De automatische reactie om een vol hoofd even rust te geven, is bij iedereen anders. “Waar word jij rustig van?” is daarom een belangrijke vraag om kinderen te helpen die last hebben van een vol hoofd.

 

Afleiding vs. kalmering

Er is een verschil tussen afleiding en kalmering. Kalmering betekent dat het deel van het zenuwstelsel dat voor rust zorgt, gestimuleerd wordt. Dit doen we bijvoorbeeld door wat te eten of te drinken. Onze spijsvertering is namelijk onderdeel van het rust-zenuwstelsel. Van eten worden we rustig en om eten te verteren, is rust nodig. Op het moment dat we gaan kauwen, of soms al als we aan eten denken, stimuleren we het rust-zenuwstelsel. We maken speeksel aan en daar is de start van de spijsvertering.

De nervus vagus

De hoofdzenuw van het rust-zenuwstelsel heet de ‘nervus vagus’. De nervus vagus heeft heel veel zenuwknooppunten in de buik. Even op je buik gaan liggen, geeft daardoor rust. Bovendien kijk je dan over het algemeen naar de grond, en daar komen niet zoveel nieuwe indrukken vandaan. Het letterlijk contact maken met de aarde geeft ook rust. Kinderen met een vol hoofd hebben veel activiteit in hun hoofd en zijn dus minder sterk aan de aarde geplakt. Contact maken met de voeten en voelen hoe stevig je staat, of zelfs stampen op de grond, laat de aandacht en de energie naar beneden gaan. Weg uit het volle hoofd. Lichamelijke aanraking is ook een goede manier om de aandacht naar andere delen van het lichaam te leiden. Een stevige knuffel, even kriebelen op de rug of een schouderklopje, het zijn allemaal momenten die veel lichaamscontact bevatten en rust kunnen geven aan een vol hoofd.


Beweging is de basis!

Nog een manier om rust te geven bij een vol hoofd, is beweging. Laat de kinderen bijvoorbeeld eens de ‘kruiwagen’ doen in de klas, waarbij kind 1 kind 2 bij de voeten pakt en kind 2 met zijn handen verder loopt. Plezier gegarandeerd! Het moment dat je plezier beleeft, geeft meer ruimte in een vol hoofd door de ontlading die plaatsvindt. Plezier en stress gaan namelijk niet samen. Het rust-zenuwstelsel kan plezier ervaren, en in de stresstand lukt dit niet. Het korte recept van een vol hoofd is dan ook: maak plezier, beweeg en ga (het liefst buiten) spelen!

Emotieregulatie opbouwen met spelletjes voor in de klas

Emotieregulatie opbouwen met spelletjes voor in de klas

-

Emotieregulatie is een kwestie van een groeiproces in de hersenen wat tijd nodig heeft. Zolang de hersenen nog niet volgroeid zijn om de emotieregulatie adequaat te regelen, zijn er allerlei manieren om dit op te lossen. Welke manieren dat zijn, leggen we graag voor je op tafel.

Emotieregulatie zorgt ervoor dat een kind de opgebouwde emotie gedoseerd kan uiten en verwerken. Dat duurt soms best lang, want ook volwassenen vinden het soms nog lastig om hun emoties te reguleren. Kun je een voorstelling maken met een emmer dat langzaam vol druppelt en het overstroomt als de laatste druppel erin valt? In plaats van dat de emmer overstroomt, kun je ook zorgen dat de emmer regelmatig geleegd wordt. Zing bijvoorbeeld samen met de klas een lied. Soms even heel uitbundig, en dan weer heel zachtjes. Soms even heel langzaam, en dan weer heel snel. Wissel het af. Dit kan natuurlijk ook met muziek maken, of door met de hele klas op de grond te stampen. Emotieregulatie met een emmer dat niet vol is, gaat stukken makkelijker!


Geef emoties aan met emoticons

Emotieregulatie wordt ook een stuk makkelijker als de woordenschat om emoties uit te drukken groter is. Zo kunnen voor jonge kinderen de basisemoties benoemd worden met bijpassende emoticons. Naast boos, blij, bang en bedroefd kunnen steeds meer emoties geïntroduceerd worden. Dit kan heel goed aan de hand van situaties die in de klas of tijdens het buitenspelen zich voordoen. Tijdens het bespreken van deze situaties kunnen andere kinderen ‘meevoelen’ en het woord opslaan wat erbij hoort. Ook als dit woord nog te moeilijk lijkt om in de actieve woordenschat van het kind te komen, gebruik het gerust regelmatig. Als de passieve woordenschat over emoties en gevoelens een steeds fijner vangnet wordt, kunnen emoties en gevoelens ook makkelijker ‘gevangen’ worden en geuit worden in woorden.


Emotieregulatie zorgt ervoor dat je gehoord wordt

Voor kinderen die niet talig zijn aangelegd of waarbij Nederlands niet de moedertaal is, kan er gebruikt worden gemaakt door de taal van beelden. In tekeningen over een specifiek onderwerp of door vrije tekeningen vindt er ook veel emotieregulatie plaats. Doordat kinderen niets over hun emoties hoeven te vertellen, maar wel hun tekening mogen laten zien, ontstaat er ook een vorm van ‘gehoord worden’. Gehoord worden is heel heilzaam om tot emotieregulatie te komen.

Spelletjes om emotieregulatie te stimuleren

Soms ontstaat er bij kinderen het gevoel dat ongeremde emotieregulatie ‘fout’ is. Voorbeelden van ongeremde emotieregulatie zijn o.a. heel boos worden, hard schreeuwen of hard huilen. De manier waarop de emotie geuit wordt, is misschien niet gewenst, maar de emotie zelf mag er natuurlijk wel gewoon zijn. Als kinderen emoties te veel gaan inhouden of zich ervoor schamen, dan wordt er onnodig spanning rondom emoties opgebouwd. Daarom zijn spelletjes die emoties ‘normaal’ maken ook helpend bij het omgaan met spanning rondom primaire emotieregulatie. Denk aan spelletjes waarbij je emoties gaat uitbeelden, of waarbij je een situatie schetst die continu op verschillende manieren met verschillende emoties zich afspeelt. Kinderen kunnen in groepjes een scenario bedenken en dit uitspelen met elkaar.

 

Boys vs. Girls

Ook zijn er grote verschillen in de emotieregulatie bij jongens en meisjes. Voor meisjes is praten over emoties, delen van emoties en elkaar begrijpen een belangrijk punt. Voor veel jongens zit emotieregulatie veel meer op het fysieke vlak. Over het algemeen zijn jongens meer gericht op ontladen en weer verder, terwijl meisjes nog lang met iets kunnen blijven rondlopen. Om rekening te houden met de verschillen tussen jongens en meisjes zou emotieregulatie met verschillende accenten benaderd kunnen worden. Met meisjes kun je meer het gesprek aangaan en met jongens kun je meer fysiek ontladen door te bewegen. Uiteraard mogen alle jongens en meisjes zelf ontdekken wat het beste bij hen past. 

 

Levenslang

In de puberteit, de volwassenheid en de seniorentijd gaan we nog steeds door de verschillende fasen heen van de rem en de ontremming van emoties. Emotieregulatie ontwikkelt zich het hele leven nog door. En het leuke? Alles begint in de kindertijd! Daarom is het juist goed om in de kindertijd op vele manieren te werken aan emotieregulatie. Doe dit op een speelse en ervaringsgerichte manier en de kinderen zullen er levenslang profijt van hebben!

Weerbaarheidstraining voor het kind in de klas

Weerbaarheidstraining voor het kind in de klas

-

De wens van de leerkracht, maar ook van de ouders en het kind zelf, is natuurlijk dat ieder kind een zelfredzame burger is met eigen ontwikkelruimte. In werkelijkheid speelt er in de klas echter vaak een dynamiek waarin sommige kinderen de grenzen opzoeken, en waarbij andere kinderen hun grens laten overschrijden. Er zijn vele manieren om de weerbaarheid in de klas te versterken. Eén daarvan is een weerbaarheidstraining voor het kind in de klas.

Weerbaar zijn en weerbaar doen zijn twee verschillende dingen. We zien vaak dat kinderen leren om weerbaar te doen door ‘stop’ of ‘nee’ te zeggen. Als dit (nog) niet past bij hoe het kind zich voelt, dan zendt een kind dubbele signalen uit. Mensen zijn voor een groot deel gericht op non-verbale signalen en veel minder op wat er letterlijk gezegd wordt. Het non-verbaal ondersteunen van wat je zegt, is dus belangrijk om geloofwaardig over te komen. Dit kan als kinderen zich bewust zijn van hun lichaamshouding en hun gevoelens.  

 

Een kind kan zich onveilig voelen in de klas en het daardoor spannend vinden om grenzen duidelijk aan te geven. Dit terwijl het kind in andere situaties heel goed zijn of haar grens kan aangeven. In dit geval is het dus niet nodig om de vaardigheid te oefenen, maar juist aandacht te geven aan het onveilige gevoel. Een onveilige sfeer in de klas is namelijk moeilijk te veranderen door een kind in zijn eentje. Het is dan ook voor iedereen in de klas de verantwoordelijkheid om een fijne en veilige sfeer in de klas neer te zetten.

 

Weerbaarheidstraining voor het kind

Het tonen van gedrag is vaak het duidelijkst in vrijere spelmomenten. Daarom biedt de Intraverte Academie een weerbaarheidstraining voor een kind spelenderwijs aan. In de trajecten die we aanbieden om de veiligheid in de klas te verbeteren, nemen we als startpunt de waarneming. Het zichtbaar maken van gedrag dat voortkomt uit onveiligheid is een belangrijke eerste stap. Denk bijvoorbeeld aan het lachen om elkaar of het maken van opmerkingen naar anderen. Gedrag kan echter ook een gevoel geven wat niet altijd zichtbaar is aan de buitenkant. Deze gevoelens kunnen zichtbaar gemaakt worden door regelmatig een check-in te doen met de gevoelsthermometer. Zo wordt het gedrag en het effect op anderen bespreekbaar gemaakt.

Wanneer hoor je erbij?

Om het niet te persoonlijk te maken, bekijken we de neurologische achtergrond van het ‘erbij willen horen’. De wens om bij de groep te horen, is immers heel sterk en zit in ons automatische systeem ingebouwd. Als je buiten de groep valt, geeft dit reacties die uit het overlevingsmechanisme komen. Dat we erbij willen horen, is dan ook een gezonde reactie. Echter doen we dit soms wel ten koste van een ander, waardoor we de ander belachelijk maken of de schuld van iets geven.

 

Meedoen met vervelend gedrag gaat soms automatisch. Om respectvol met elkaar om te gaan, is het belangrijk om steeds opnieuw de keuze te maken welk gedrag je wilt tonen. Het goede gedrag. Het goede gedrag kiezen, gaat niet altijd vanzelf. In de klas kunnen we elkaar helpen door steeds even stil te staan bij de vraag ‘wil ik dit zo?’ of ‘is dit mijn bedoeling?’. Zo worden we als groep steeds verantwoordelijker wat er in de klas wel en niet past. De klas is dan in zijn geheel weerbaar om met elkaar en voor elkaar de uitdagingen aan te gaan. En je raadt het al: vanaf dan hoor je er pas echt bij!

 

Weerbaarheid in de klas

Ben jij op zoek naar wat meer weerbaarheid in de klas? Dan kan onze ‘weerbaarheidstraining voor het kind’ een goed hulpmiddel zijn om met de gehele klas te werken aan een goede weerbaarheid. Ben je benieuwd wat de weerbaarheidstraining voor jouw klas kan betekenen? Neem dan contact met ons op en stel ons alle vragen die je hebt.

Emotieregulatie: bouw het op met spelletjes

Emotieregulatie: bouw het op met spelletjes

-

Het reguleren van emoties, oftewel emotieregulatie, leren kinderen door de jaren heen steeds beter. Het zenuwstelsel van kinderen is namelijk steeds beter in staat om primaire reflexen te integreren en keuzes te maken hoe er wordt omgegaan met emoties. Maar het gaat niet altijd over rozen. Hoe komt dit? En hoe zorg je er dan voor dat kinderen hun emoties op een positieve manier kunnen ontladen?

Emotieregulatie begint in de kinderschoenen. Een kleuter zal het uitschreeuwen van pijn of ongeremd schaterlachen bij iets grappigs. Dit terwijl oudere leerlingen vaker om zich heen zullen kijken, afstemmen op de situatie en afwachten op hoe anderen reageren. Zij hebben als het ware een paar extra milliseconden feedbacktijd ontwikkeld, waarmee ze de tijd hebben voor hun emotieregulatie. Ze kiezen op dat moment pas hoe de emotie geuit of soms even onderdrukt wordt.

 

Emotieregulatie vanaf jongs af aan stimuleren

Van jongs af aan kunnen kinderen oefenen om emoties te besturen. Als een kind boos is en gedrag laat zien wat niet mag, bijvoorbeeld iets stuk maken, dan weten kinderen al vrij jong dat dit niet gewenst is. Het inleven in het perspectief van een ander of het overzicht van de gebeurtenis hebben, dat lukt bij jonge kinderen nog niet. De gebeurtenis en de emotionele reactie onder woorden brengen (ondertitelen), verrijkt de taal echter wel om emoties te uiten. Het laten meekijken in het perspectief is dan ook helpend zolang het neutraal ondertiteld wordt.

 

Zodra er afwijzing, boosheid of verwijt in de ondertiteling zit, zal het kind niet gemakkelijk meekijken in het andere perspectief. Het kind zal zich aangevallen voelen, waardoor de deur dicht gaat. Bij een “Kijk eens wat je gedaan hebt. Nu is de toren kapot!” zullen de meeste kinderen schrikken en terugtrekken. De shock kan helpend zijn om het gedrag te corrigeren en uit de emotie te schieten. Een “Kijk eens wat er gebeurd is: de toren is omgevallen.” zou kunnen helpen om naar de situatie te kijken en oorzaak-gevolg in te zien.

Emotieregulatie door kleuren aan te geven

In de programma’s die we in klassen doorlopen, is er veel aandacht voor emotieregulatie. De eerste stap is om te oefenen om aan te geven hoe je je voelt. Dit kan steeds opnieuw herhaald worden door bijvoorbeeld met de kleuren rood, oranje en groen te werken. Als een kind leert voelen dat er verschillen zijn, dan zal het vervolgens ook kunnen gaan onderzoeken wat er nodig is om zich weer ‘groen’ te voelen. Dit betekent dat kinderen taal aangeboden krijgen om te zeggen wat ze voelen of vinden. Vanuit daar kun je direct een stap naar een oplossing zetten. Denk bijvoorbeeld aan een “Wil je daar mee ophouden?” in plaats van een “Stop daarmee!”. 

 

Daarnaast is er in onze programma’s altijd aandacht voor het ontladen van opgebouwde spanning wanneer er iets onprettig, moeilijk of vervelend is. Kinderen leren door lichaamsgerichte oefeningen de spanning te reguleren. De makkelijkste oefening is een diepe zucht, een slokje water of een stukje te lopen om afstand te nemen van de situatie.

 

Hulp bij spanning ontladen

Er zijn spelletjes genoeg die in 1 minuut de opgebouwde spanning in de klas kunnen ontladen. Hoe mooi is het als de klas de ontlading zelf leert aanvoelen en weet in te zetten?!

Concentratie in de klas, waar begin je?

Concentratie in de klas, waar begin je?

-

Het concentreren in de klas wordt steeds vaker een probleem. Bij het uitvoeren van taken die op school gevraagd worden, is de concentratie dan soms ook ver te zoeken. Wat doe je dan als leerkracht? Hoe zorg je ervoor dat iedereen zich weet te concentreren en je de klas daardoor weer in het ritme krijgt?

Veel kinderen kunnen zich uiterst goed concentreren op een beeldscherm. Door de snelle wisseling van beelden en kleuren, zoals filmpjes en spelletjes, wordt het beloningssysteem van een kind ruim geprikkeld. De lesstof daarentegen heeft voor veel leerlingen vaak minder prikkeling. Het wordt als ‘saai’ omschreven en bij saai zakt de concentratie weg.

 

Maar wat is saai? Soms betekent saai dat de lesstof eigenlijk te moeilijk is, of dat het herhalen van de lesstof vervelend wordt. Een andere variatie is dat de lesstof niet ‘saai’ is, maar dat er veel zintuigelijke prikkels in de omgeving zijn dat het brein ervoor kiest om in de ‘uit-stand’ te gaan. Een leerling kan dan simpel gezegd geen informatie er meer bij hebben, waardoor het brein wordt overbelast.

 

Minder concentratie door stress

Een mindere concentratie van een kind kan ook te maken hebben met overprikkeling door stress. Wanneer er tijdsdruk, prestatiedruk of angsten zijn, en dus stress om de hoek komt

kijken, zal het zenuwstelsel van een kind in de overlevingsstand komen te staan. Om te overleven wordt de omgeving nauwlettend in de gaten gehouden. Het functioneren van de hersenen om bijvoorbeeld schoolwerk te maken, staat dan tijdelijk op ‘uit’.

 

Concentratie is complex

Concentratie tekent een groot gebied. Naast bovengenoemde factoren kunnen fysiologisch goede omstandigheden ook factoren zijn waardoor het concentreren minder gaat. Is het niet te warm? Is het niet te koud? Is de maag goed gevuld? Is er voldoende brandstof in de cellen? Al dit soort factoren maakt concentratie een complex onderwerp. Om eenvoudig te beginnen, kiezen we bij de Intraverte Academie ervoor om eerst aandacht te geven aan de neurologische rust in het lichaam. Hoe kun je bijvoorbeeld in 1 minuut rust ervaren, zowel per leerling als voor de hele klas? Daar hebben we zo onze manieren voor.


Wil jij de concentratie in jouw klas op een hoger level brengen en ben je benieuwd naar onze manieren? Neem dan vooral contact met ons op.