Weerbaarheidstraining voor het kind in de klas
-
De wens van de leerkracht, maar ook van de ouders en het kind zelf, is natuurlijk dat ieder kind een zelfredzame burger is met eigen ontwikkelruimte. In werkelijkheid speelt er in de klas echter vaak een dynamiek waarin sommige kinderen de grenzen opzoeken, en waarbij andere kinderen hun grens laten overschrijden. Er zijn vele manieren om de weerbaarheid in de klas te versterken. Eén daarvan is een weerbaarheidstraining voor het kind in de klas.
Weerbaar zijn en weerbaar doen zijn twee verschillende dingen. We zien vaak dat kinderen leren om weerbaar te doen door ‘stop’ of ‘nee’ te zeggen. Als dit (nog) niet past bij hoe het kind zich voelt, dan zendt een kind dubbele signalen uit. Mensen zijn voor een groot deel gericht op non-verbale signalen en veel minder op wat er letterlijk gezegd wordt. Het non-verbaal ondersteunen van wat je zegt, is dus belangrijk om geloofwaardig over te komen. Dit kan als kinderen zich bewust zijn van hun lichaamshouding en hun gevoelens.
Een kind kan zich onveilig voelen in de klas en het daardoor spannend vinden om grenzen duidelijk aan te geven. Dit terwijl het kind in andere situaties heel goed zijn of haar grens kan aangeven. In dit geval is het dus niet nodig om de vaardigheid te oefenen, maar juist aandacht te geven aan het onveilige gevoel. Een onveilige sfeer in de klas is namelijk moeilijk te veranderen door een kind in zijn eentje. Het is dan ook voor iedereen in de klas de verantwoordelijkheid om een fijne en veilige sfeer in de klas neer te zetten.
Weerbaarheidstraining voor het kind
Het tonen van gedrag is vaak het duidelijkst in vrijere spelmomenten. Daarom biedt de Intraverte Academie een weerbaarheidstraining voor een kind spelenderwijs aan. In de trajecten die we aanbieden om de veiligheid in de klas te verbeteren, nemen we als startpunt de waarneming. Het zichtbaar maken van gedrag dat voortkomt uit onveiligheid is een belangrijke eerste stap. Denk bijvoorbeeld aan het lachen om elkaar of het maken van opmerkingen naar anderen. Gedrag kan echter ook een gevoel geven wat niet altijd zichtbaar is aan de buitenkant. Deze gevoelens kunnen zichtbaar gemaakt worden door regelmatig een check-in te doen met de gevoelsthermometer. Zo wordt het gedrag en het effect op anderen bespreekbaar gemaakt.
Wanneer hoor je erbij?
Om het niet te persoonlijk te maken, bekijken we de neurologische achtergrond van het ‘erbij willen horen’. De wens om bij de groep te horen, is immers heel sterk en zit in ons automatische systeem ingebouwd. Als je buiten de groep valt, geeft dit reacties die uit het overlevingsmechanisme komen. Dat we erbij willen horen, is dan ook een gezonde reactie. Echter doen we dit soms wel ten koste van een ander, waardoor we de ander belachelijk maken of de schuld van iets geven.
Meedoen met vervelend gedrag gaat soms automatisch. Om respectvol met elkaar om te gaan, is het belangrijk om steeds opnieuw de keuze te maken welk gedrag je wilt tonen. Het goede gedrag. Het goede gedrag kiezen, gaat niet altijd vanzelf. In de klas kunnen we elkaar helpen door steeds even stil te staan bij de vraag ‘wil ik dit zo?’ of ‘is dit mijn bedoeling?’. Zo worden we als groep steeds verantwoordelijker wat er in de klas wel en niet past. De klas is dan in zijn geheel weerbaar om met elkaar en voor elkaar de uitdagingen aan te gaan. En je raadt het al: vanaf dan hoor je er pas echt bij!
Weerbaarheid in de klas
Ben jij op zoek naar wat meer weerbaarheid in de klas? Dan kan onze ‘weerbaarheidstraining voor het kind’ een goed hulpmiddel zijn om met de gehele klas te werken aan een goede weerbaarheid. Ben je benieuwd wat de weerbaarheidstraining voor jouw klas kan betekenen? Neem dan contact met ons op en stel ons alle vragen die je hebt.